zaterdag 28 november 2009

Deel 0 elektronisch beschikbaar: Henry Hudson in Holland

Het zogenoemde 0-deel van de Linschoten-Vereeniging is nu elektronisch beschikbaar. Het gaat om Henry Hudson in Holland: an inquiry into the origin and objects of the voyage which led to the discovery of the Hudson River.

Het is een herdruk die Wouter Nijhoff maakte van een studie uit 1859 van Henry C. Murphy, gevolmachtigd minister van de VS in Den Haag. Hij vulde de tekst aan met noten, documenten en een bibliografie. De uitgave verzorgde hij in 1909 in zijn functie van ere-secretaris van de Linschoten-Vereeniging. Dat maakt van dit document de eerste publicatie van de vereniging, vandaar de benaming 'deel 0'.

De heer Sinnema bezorgde de Linschoten-Vereeniging een kopie van dit Werk. De Walburg Pers maakte een scan in pdf-formaat, die nu via onze website onder de noemer 'gelegenheidspublicatie' ter beschikking is gesteld.

zondag 15 november 2009

Webtentoonstelling over Johannes de Laet en Brazilië

In een reactie op het bericht over de voorstelling van deel 108, meldde een zekere 'Moerdrecht' dat de UB Leiden ter gelegenheid van de presentatie een kleine webtentoonstelling heeft gemaakt over Johannes de Laet en Brazilië. Waarvoor onze dank.
De tentoonstelling kan bezocht worden via de website van de Universiteitsbibliotheek, in de sectie 'Bijzondere collecties'. Een link leidt naar nieuws over 'Johannes de Laet en Nederlands-Brazilië', en wie vervolgens op 'Zie en lees verder' klikt, komt in de digitale tentoonstelling terecht.

zondag 25 oktober 2009

Voorstelling deel 108: suiker, verfhout & tabak

Op zaterdag 14 november 2009 wordt in Leiden deel 108 in de reeks Werken van de Linschoten-Vereeniging voorgesteld. Suiker, verfhout & tabak: het Braziliaanse Handboek van Johannes de Laet is bezorgd door de lusitanist dr. Ben E. Teensma, kenner van de Portugese taal, letteren en cultuurgeschiedenis. Hij woonde en werkte vele jaren in Brazilië.

Het programma duurt van 14 tot 17 uur en omvat tevens de uitreiking van de Linschotenpenning 2007:
  • 14.00 uur: Welkomstwoord dr. H.J. den Heijer, voorzitter Linschoten-Vereeniging

  • 14.05 uur: Lezing dr. M.A. Ebben historicus en hispanist, verbonden aan het Instituut voor Geschiedenis van de Universiteit Leiden

  • 14.30 uur: Inleiding dr. B. Teensma over het Braziliaanse Handboek van Johannes de Laet

  • 14.50 uur: Overhandiging eerste exemplaar van Suiker, verfhout & tabak. Het Braziliaanse Handboek van Johannes de Laet aan prof.dr. G. Schilder, emeritus hoogleraar geschiedenis van de cartografie aan de Universiteit Utrecht

  • 15.10 uur: Uitreiking Linschotenpenning 2007 aan prof.dr. A.N. Paasman, emeritus hoogleraar koloniale en postkoloniale cultuur- en literatuurgeschiedenis aan de
    Universiteit van Amsterdam

  • 15.25 uur: Einde officiële gedeelte; gelegenheid tot bezichtiging van de speciale
    tentoonstelling van werken van Johannes de Laet in de Dousakamer van de UB
    (tot 16.30 uur); uitreiking der boeken en borrel

  • 17.00 uur: Einde programma
Plaats: Universiteitsbibliotheek Leiden.
Inschrijven voor de voorstelling kan bij de secretaris, voor 8 november 2009.

Suiker, verfhout & tabak: het Braziliaanse handboek van Johannes de Laet

In november 2009 verschijnt de uitgave van het 'Braziliaanse Handboek' van Johannes de Laet, als deel 108 in de reeks Werken van de Linschoten-Vereeniging.

De West-Indische Compagnie beschikte over een uitstekende inlichtingendienst. In opdracht van hoofdkaartenmaker Hessel Gerritsz leverden uit de West terugkerende functionarissen hun logboeken in op het West-Indisch Huis in Amsterdam. Daar werden alle nautische, geografische, militaire en economische details systematisch geïnventariseerd. In 1629 werd daaruit een eerste Braziliaans Handboek samengesteld, bedoeld voor de commandanten van de invasiemacht die begin 1630 een bruggenhoofd in Pernambuco veroverde.

Toen Hessel Gerritsz in 1632 overleed besefte WIC-directeur Johannes de Laet het belang van diens rijke archief. De tijd voor een nieuw Braziliaans Handboek was rijp toen in 1636 graaf Johan Maurits van Nassau-Siegen werd benoemd tot Gouverneur-Generaal van Nederlands Brazilië. Om hem over zijn ambtsgebied te informeren stelde De Laet met spoed een nieuw Handboek samen, dat begin 1637 naar Pernambuco werd verscheept.

Sindsdien was de bundel uit het zicht verdwenen, totdat hij in 1977 – na vele omzwervingen – opdook in de John Carter Brown Library in Providence (USA). Het Handboek wordt nu voor het eerst in het Nederlands uitgegeven. Het onthult nieuwe feiten over vroeg-17de-eeuws Brazilië. Hoogwaardig inlichtingenwerk, dat ons een spannend beeld schetst van de Nederlandse expansie in Brazilië en de felle concurrentiestrijd met de Portugezen om de handel in suiker, verfhout en tabak.

Ben Teensma (ed.), Suiker, verfhout en tabak: het Braziliaanse Handboek van Johannes de Laet. Walburg Pers, 2009, 192 p. ISBN 978.90.5730.584.9

De Ontdekking van Manhattan, Henry Hudson 1609, zoals beschreven door Robert Juet van Limehouse

Ter gelegenheid van het jubileum van de ontdekking van Manhattan in 1609 heeft de Stichting Nederlandse Kaap Hoornvaarders onlangs een hertaling uitgebracht van het journaal van Robert Juet van Limehouse, de eerste stuurman van Henry Hudsons schip De Halve Maen.

De Halve Maen vertrok in het voorjaar van 1609 om een doorvaart te zoeken naar Azië, zodat de gevaarlijke routes rond Kaap de Goede Hoop en door Straat Magelhaes voortaan zouden kunnen worden vermeden. De expeditie was georganiseerd door de Vereenigde Oost-Indische Compagnie en stond onder bevel van de Engelsman Henry Hudson. Hudson had reeds twee keer gepoogd een route naar Azië te vinden via de Noordpool. Beide reizen waren in noord-oostelijke richting gegaan en hadden niet het beoogde resultaat gehad.In Hudsons contract met de VOC was vastgelegd dat hij ook ditmaal in noordoostelijke richting zou gaan zoeken, maar eenmaal op weg nam Hudson de vrijheid om de steven naar het westen te wenden en te gaan zoeken naar de monding van een grote rivier ten noorden van de Engelse kolonie in Virginia, aan de oostkust van Amerika. Naar Hudson hoopte, zou deze rivier de doorgang vormen tussen de Atlantische Oceaan en de Stille Oceaan en dus de weg naar Azië.

Na een uitgebreide zoektocht langs de oostkust van Amerika kwam De Halve Maen op 3 september 1609 ter hoogte van het huidige Staten Island bij de monding van een grote rivier. Hudson zeilde stroomopwaarts, in de hoop eindelijk de noordwestelijke passage te hebben gevonden. Na ruim tweeëneenhalve week varen moest hij 125 mijl stroomopwaarts, ter hoogte van het huidige Albany, rechtsomkeert maken. Ondiepten in de rivier verhinderden een verdere doortocht. Op 7 november arriveerde het schip na de terugreis over de Atlantische Oceaan in het Engelse Dartmouth. Hudson durfde niet door te varen naar Nederland; mogelijk was hij bevreesd door de VOC te worden beschuldigd van contractbreuk.

In opdracht van de Engelsen ondernam hij in 1610 een vierde reis om te zoeken naar een noordwestelijke doorgang. Het zou zijn laatst reis worden. Na een muiterij werd Hudson in juni 1611 met zijn zoon en zeven andere metgezellen in de huidige Hudsonbaai in een sloep gezet. Daarna is er nooit meer iets van hem vernomen.
Hudsons naam is echter voor altijd verbonden met de naar hem genoemde rivier en Mana Hatta, het land aan de oever van die rivier. Op deze plaats het huidige Manhattan stichtten de Nederlanders het fort Nieuw-Amsterdam, dat zou uitgroeien tot New York.

Hudsons eigen journaal is verloren gegaan; het verslag van zijn stuurman Robert Juet is bewaard gebleven en is door de Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders in samenwerking met het Westfries Museum in een beknopt geannoteerde hertaling uitgegeven. De uitvoering van de hertaling doet recht aan het historische karakter: de lezer kan het zelf opensnijden en naar believen laten inbinden.

Vertaling: Willem van Rooij. Prijs: € 4,50 plus verzendkosten binnenland €2,50. Informatie via de website van de Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders: http://www.kaaphoornvaarders.nl/index.php/publicaties

Anders reizen? Evoluties in vroegmoderne reiservaringen van Hollandse en Brabantse elites (1600-1750)

Gerrit Verhoeven, onderzoeker aan de Universiteit Antwerpen, publiceerde bij uitgeverij Verloren zijn doctoraat over het reisgedrag van Hollandse en Brabantse elites in de periode 1600 tot 1750.

Vroegmoderne reisverhalen bestaan in allerlei maten en gewichten, van prachtige boekbanden, verguld op snee en in stijlvol handschrift tot slordige aantekeningen in de marge van een beduimelde almanak. Sommige reizen lieten ook hun sporen na in brieven en dagboeken, in kurkdroge kwitanties, in genealogieën of in de materiële cultuur. Op basis van deze bronnen heeft Gerrit Verhoeven evoluties in de reiscultuur van Hollandse en Brabantse elites onderzocht.

Verhoeven verklaart waarom men de klassieke Grand Tour naar Italië langzaam inruilde voor kortere plezierreisjes in de Nederlanden of de buurlanden. Hij laat zien welke sociale groepen de koets namen naar Parijs, Rome of Berlijn en wat hen motiveerde om te reizen. En hij probeert te achterhalen waarom ze zich onderweg onderweg blind staarden op Italiaanse schilderijen, waarom ze veldslagen en belegeringen herdachten, door baroktuinen slenterden of een massa spulletjes kochten in de Parijse boetieks.

Informatie: Gerrit Verhoeven, Anders reizen? Evoluties in vroegmoderne reiservaringen van Hollandse en Brabantse elites (1600-1750). Uitgeverij Verloren, 416 p. ISBN 978-90-8704-092-5, €32,–

Nieuwsbrief oktober 2009

De nieuwsbrief oktober 2009 staat online (pdf).

woensdag 14 oktober 2009

Presentatie over de Sailing letters

De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed in Lelystad organiseert tijdens de Week van de Geschiedenis enkele speciale activiteiten. De Week van de Geschiedenis vindt plaats van 17 t/m 25 oktober. Het thema is dit jaar “Oorlog en vrede”. Afdeling Scheepsarcheologie van de Rijksdienst haakt hier onder andere op in met een presentatie door maritiem historica Els van Eijck van Heslinga over de Sailing Letters.

De Sailing Letters

"Lieve man, past toch vooral op uw kostelijke lichaam, waar ik uw lieve vrouw zo bang voor ben, omdat het hier zo koud is. Lief, ben allang benauwd dat je nog ziek zult worden lief, en omdat gij mijn lieve schatje in het geheel tegen geen ongemak kunt, ben ik daar allang bang voor".
Dit schreef de Texelse zeemansvrouw Aagje Luijtsen in november 1776 aan haar man. Het is een voorbeeld van de bijna 40.000 particuliere Nederlandse brieven die in de 17e en 18e eeuw tijdens oorlogen werden buitgemaakt door de Engelsen. Deze brieven en een schat aan ander materiaal (scheepsjournalen, aanbevelingsbrieven, ladingboekjes, kwitanties etc.) bevinden zich in de Engelse National Archives in Londen.
Dit materiaal vormt een zeer belangrijke bron voor historisch onderzoek op allerlei terreinen. Persoonlijke brieven van en aan Nederlandse zeelieden zijn in Nederland maar sporadisch bewaard gebleven. In Engeland, waar de scheepspapieren als oorlogsbuit in het archief werden opgenomen, is dit wel het geval.

In de vele oorlogen waarin Engeland en Nederland elkaar ook ter zee bevochten, hebben Engelse kaapvaarders duizenden Nederlandse schepen opgebracht. De rechtmatigheid daarvan moest voor een Engelse Prize Court bewezen worden, onder meer aan de hand van de papieren die aan boord van de schepen gevonden werden. Daarom nam men direct al bij de overname van het schip alles van papier mee, inclusief de post van en naar alle delen van de wereld, en van en naar de opvarenden van Nederlandse schepen.
Al die brieven zijn eeuwenlang goed bewaard gebleven. Pas in 2005 heeft een eerste globale inventarisatie plaatsgevonden. Het betreft een unieke bron voor wetenschappers uit verschillende disciplines, onder meer omdat de schrijvers van de brieven vaak behoren tot bevolkingsgroepen van wie nauwelijks enig geschreven materiaal bewaard is gebleven.

Maritiem historica Els van Eijck van Heslinga vertelt over de Sailing Letters op donderdag 22 oktober, in het gebouw voor scheepsarcheologie van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Verhalen die boeiend zijn voor jong (v.a. 12 jaar) en oud en waarbij heel veel plaatjes worden getoond.

Aanvang 14.00 uur. Toegang is gratis. Adres: Oostvaardersdijk 01-04, 8244 PA Lelystad. Aanmeldingen: bel 0320-269706 of mail naar l.resink@cultureelerfgoed.nl

Voor een routebeschrijving: zie www.cultureelerfgoed.nl

dinsdag 11 augustus 2009

Herdruk "de avonturen van een VOC-soldaat"

De avonturen van een VOC-soldaat : het dagboek van Carolus Van der Haeghe 1699-1705. Bezorgd door Jan Parmentier en Ruurdje Laarhoven, 1994, 208 p. 3e druk, 2009: Prijs niet-leden: € 29,95 - leden: € 22,95


Zin voor avontuur en een ongelukkige liefde. Dat is wat de Vlaming Carolus van der Haeghe ertoe dreef om zijn heil te gaan zoeken in Oost-Indië. Als VOC-soldaat reisde hij in 1699 naar het verre Batavia, waar hij echter al spoedig deserteerde. Wat volgt lijkt het verhaal uit een spannende avonturenroman. Groot verschil is echter, dat de lotgevallen van Carolus van der Haeghe ook echt zijn gebeurd. Aan de hand van zijn dagboek volgen we hem tijdens zijn omzwervingen op Batavia, de Filippijnen en in Japan. Zijn levendige en zeer boeiend geschreven dagboek geeft een unieke kijk op de levenswandel van een vrijbuiter in het Zuidoost-Azië van rond 1700.

In die tijd had de VOC ongeveer 35.000 mensen in dienst in Europa, Azië en Kaap de Goede Hoop. Deze bonte verzameling VOC-dienaren vormt een aardige dwarsdoorsnede van de toenmalige samenleving. Bewindhebbers, officieren en kooplui in compagniesdienst kregen in tal van biografische en economische studies reeds ruimschoots aandacht. Van matrozen en soldaten, die ruim driekwart van het VOC-personeel uitmaakten, weten we daarentegen heel weinig. Ego-documenten uit de onderste regionen van de VOC-hiërarchie zijn immers zeer zeldzaam.

Het dagboek van Carolus van der Haeghe is dan ook een uitzonderlijk historisch egodocument. Deel 93 uit de reeks Werken is nu opnieuw beschikbaar, in 3de druk.

zaterdag 16 mei 2009

Virtuele tentoonstelling Ver Huell

Wie na lezing van deel 107, Herinneringen aan een reis naar Oost-Indië, en de bijbehorende cd-rom nog niet genoeg mocht hebben van Maurits Ver Huell, of wie de speciale tentoonstelling Passe-partout voor Indië: Aquarellen van Q.M.R. Ver Huell in het Maritiem Museum Rotterdam mocht hebben gemist, kan via internet zijn hart ophalen. Op de website van het Maritiem Museum is de tentoonstelling in digitale vorm te raadplegen. Door te navigeren op een speciale overzichtskaart van de Indische archipel kan de reis van Ver Huell worden gevolgd en kunnen de kleurrijke aquarellen tot in detail worden bekeken. Ook de collectie tekeningen en schilderijen van Maurits Ver Huell in het Historisch Museum Arnhem kan thuis worden bekeken. Weliswaar zijn niet alle Arnhemse tekeningen in kleur te zien, maar ze bieden interessant vergelijkingsmateriaal met de Rotterdamse serie die integraal in deel 107 is gepubliceerd.

Kijk voor de digitale tentoonstelling op de site van het Maritiem Museum Rotterdam en het Historisch Museum Arnhem.

vrijdag 15 mei 2009

Heruitgave "De Stichting van New-York in Juli 1625"

Heruitgave van deel 26: De Stichting van New-York in Juli 1625. Bezorgd door F.C.Wieder, 1925. xi, 242 p.
Verschijnt in juni 2009.
Bevat: reconstructies en nieuwe gegevens ontleend aan de Van Rappard -documenten. Prijs niet-leden: €39,95 (in 2009, nadien €44,95) - ledenprijs: €35,-



In 1609 arriveerde de Engelse ontdekkingsreiziger Henry Hudson met het VOC-schip de Halve Maen bij het eiland Manna Hattan. De Nederlandse kolonisten die na hem kwamen, stichtten er in 1625 in opdracht van de West-Indische Compagnie de stad Nieuw-Amsterdam. Dat werd de hoofdstad van de kolonie Nieuw-Nederland, gelegen in het stroomgebied van de Hudson. Na de verovering van de kolonie door de Engelsen in 1664 werd Nieuw-Amsterdam omgedoopt in New York.

Over de stichting van Nieuw-Amsterdam was lange tijd weinig bekend. Dat veranderde toen in 1910 in Amsterdam de Van Rappard-documenten ter veiling werden aangeboden. Een medewerker van het veilinghuis, Frederik Casparus Wieder, ontdekte dat deze waardevolle en tot dan toe onbekende documenten informatie bevatten over de ontstaansgeschiedenis van Nieuw-Amsterdam. Ze maakten onder meer duidelijk welke instructies de kolonisten hadden gekregen. In 1925 publiceerde Wieder de Van Rappard-documenten onder de titel De stichting van New York in juli 1625. In zijn uitvoerige inleiding schetst Wieder haarfijn de wording van Nieuw-Amsterdam. Van het oorspronkelijke fort, de huizen en de verdedigingswal van de stad is niets meer terug te vinden, maar wie goed kijkt naar de oude kaarten die Wieder in zijn boek opnam, ontdekt dat beroemde New Yorkse straten zoals Broadway en Wallstreet al in de zeventiende eeuw door Nederlandse kolonisten zijn uitgezet.

Jaarvergadering 2009

Op zaterdag 6 juni 2009 wordt in de William Brewsterzaal van het Regionaal Archief Leiden de honderdeneerste Algemene Ledenvergadering van de Linschoten-Vereeniging gehouden.

De bijeenkomst zal geheel in het teken staan van het Hudsonjaar, de vierhonderdste herdenking van de aankomst van Henry Hudson met het VOC-schip De Halve Maen bij het eiland Manna Hattan, het latere New York.
Na het formele gedeelte van de bijeenkomst zal de heruitgave worden gepresenteerd van deel XXCVI uit de reeks Werken van de Linschoten-Vereeniging, De Stichting van New-York in Juli 1625, bezorgd door F.C. Wieder in 1925.

De vergadering begint om 14.00 uur; de zaal gaat om 13.30 uur open.
De leden van de Linschoten-Vereeniging die de jaarvergadering willen bijwonen, wordt vriendelijk verzocht zich voor 31 mei a.s. aan te melden. Dat kan per e-mail (linschoten-vereeniging@xs4all.nl) of telefonisch (010-4213021, tussen 19 en 21.30 uur)



Leden kunnen de voorbereidende stukken bekijken.



zaterdag 31 januari 2009

Linschoten-Vereeniging digitaal in het Geheugen van Nederland

Op de website 'Het Geheugen van Nederland' zijn 53 van de oudste Werken van de Linschoten-Vereeniging digitaal te consulteren.

Het Geheugen van Nederland noemt zich "het nationale programma voor de digitalisering van het Nederlands cultureel erfgoed. Het programma wil de (verborgen) collecties van archieven, musea en bibliotheken digitaliseren en beschikbaar stellen op Internet. "

Op de website van de Linschoten-Vereeniging staat bij de betreffende Werken een link naar 'Het Geheugen van Nederland', zodat het meteen kan worden opgevraagd.

De website van 'Het Geheugen' laat zich het best omschrijven als een enorme digitale schatkamer van het Nederlands verleden. Bezoekers kunnen door tientallen historische collecties bladeren, of gericht zoeken naar (beeld)materiaal over een specifiek onderwerp. De site heeft ook een apart educatief gedeelte. Docenten en leerlingen uit het voortgezet onderwijs vinden hier digitale lessen die ontwikkeld zijn op basis van bestaande Geheugencollecties.

'Het Geheugen' is opgezet op met steun van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. De coördinatie van het programma is in handen van de Koninklijke Bibliotheek.

Linschoten-Vereeniging op Facebook

Op Facebook is er een group 'Linschoten-Vereeniging' aangemaakt.
Leden of andere liefhebbers van de vereniging die aangemeld zijn op deze sociale netwerksite, kunnen zich bij de groep aansluiten.
www.facebook.com

donderdag 29 januari 2009

Heruitgave deel 26: de Stichting van New-York in Juli 1625

Het jaar 2009 staat (onder andere) in het teken van Henry Hudson, die 400 jaar geleden in 1609 met een VOC-schip voor het eiland Manhattan voor anker ging.
Ter gelegenheid van deze herdenking zal de Walburg Pers deel 26 uit de reeks Werken van de Linschoten-Vereeniging heruitgeven. Dit deel, 'De Stichting van New-York in Juli 1625' werd bezorgd door F.C. Wieder in 1925. Het bevat de transcriptie van vijf documenten uit de Van Rappard-collectie, die een licht werpen op de onstaansgeschiedenis van Nieuw-Amsterdam.

De heruitgave zal verschijnen in de tweede helft van 2009.


Verder bevat de reeks Werken het journaal van Robert Juet, uitgegeven als "Henry Hudson's Reize onder Nederlandsche vlag van Amsterdam naar Nova Zembla, Amerika en terug naar Dartmouth in Engeland, 1609", bezorgd door S.P. L'Honoré Naber in 1921 (deel 19). Ook deze uitgave is uitverkocht, maar kan digitaal worden geconsulteerd op de website van het Geheugen van Nederland.

zondag 18 januari 2009

Aangepaste contributie

Met ingang van 2009 is het contributiebedrag voor lidmaatschap van de Linschoten-Vereeniging aangepast. De aanpassingen zijn nu als volgt:

- Gewoon lidmaatschap: € 22,50
- Pluslidmaatschap: € 40
- lidmaatschappen instellingen en leden in het buitenland: € 45 (automatisch plus-lidmaatschap)

Zie ook de informatie over lidmaatschap op de website.